27 juni


Võsu - Tallinn

105 km



Het is wat onbestemd weer bij het vertrek. Als ik het bos uit kom, merk ik dat er een straffe westenwind staat. Hopelijk duurt dat niet de hele dag, want ik moet er dan de hele dag tegenin.
Ik koop ontbijt in Vihasoo. Een eindje verderop ontbijt ik in een bushokje.


De kust bij Vihasoo.


Bijna op het noordelijkste punt van deze hele reis.


Gastarbeider.

In de niet echt inspirerende plaats Loksa koop ik de lunch.
De wind blijft, maar het wordt langzamerhand wel wat zonniger. Het gaat afwisselend door wat bos en open terrein.
In een dennebos is er even geen wind en ik vind het tijd voor de lunch. Terwijl ik zit te eten realiseer ik me ineens dat dit het gebied moet zijn waar ik op 3 juni met Laila de beer de autoweg zag oversteken. Je eet dan toch iets minder rustig.


De laatste gravelweg. Tijd voor lunch. Maar ook voor beren.

Als ik het bos uitkom is Tallinn nog een 30 kilometer ver, maar het is onmiskenbaar dat de grote stad nadert.


Geen stad te bekennen, maar toch voel je de stad naderen.

Dan zie ik een bordje naar de waterval van Jägala. Ik had me niet gerealiseerd dat ik er zo dicht langs zou komen, dus maak ik een omweggetje.


De waterval van Jägala.

Had ik tot nu toe zo nu en dan nog wat beschutting, het gaat vanaf nu door open terrein, in de zon mag dan wel schijnen, de wind is nog steeds even sterk.
Pas als ik echt de randen van Tallinn in ga, wordt de wind minder hinderlijk.

Iets voor 6 uur ben ik bij het huis van Laila, die is intussen naar Amerika vertrokken, maar ik wordt hartlijk ontvangen door zus, nicht en ouders.
Het zit er op. 1800 kilometer in 3,5 week.